De Boldiek

Toos Lenderink

Enkele generaties geleden is het terrein aan de Boldijk door de familie Buunk ontgonnen en ontstond er een boerenbedrijf dat in de loop der jaren uitgegroeid is tot een gemengd horecabedrijf. Door het plotselinge overlijden van Fonds Buunk eind 2021, dreigde hier een einde aan te komen. Maar zijn vijf kinderen: Ruben, Cecile, Djef, Ivette en Djim zeggen meteen dat ze willen doorgaan met het bedrijf. De neuzen staan dezelfde kant op en gezamenlijk starten ze een vof.

Wat is er allemaal al gedaan

Vanaf de oprichting en zeker vanaf oktober 2023 is er veel aangepakt. Het bestemmingsplan wordt eindelijk goedgekeurd, waardoor horeca met overnachting is toegestaan. De al langer bestaande plannen om appartementen te bouwen kunnen nu verder uitgewerkt worden! De website is door neef Cas Buunk mooi opgezet en er is geïnvesteerd in automatisering: planning en agenda gaan nu via de computer. Er is een mooie speelplek voor kinderen gerealiseerd, een grotere parkeerplek gekomen en het straatwerk en de tuin zijn aangepakt. Buiten ziet alles er mooi en verzorgd uit.

Over de jonge ondernemers

Ruben, de oudste, werkte bij bouwbedrijf Van Campen op kantoor en had het daar naar zijn zin. Maar hij voelde zich verantwoordelijk voor de rest van de familie aan de Boldijk. Inmiddels werkt hij hier fulltime. Ruben verzorgt onder andere de inkoop en onderhoudt de contacten met klanten in persoonlijke gesprekken via telefoon en mail.

Cecile studeerde hospitality en weet dus alles af van gastvrijheid. Ze heeft een baan bij Bolletje in Almelo en heeft vooral de sociale-mediakant op zich genomen zoals Facebook en Instagram. Ze zet zich ook verder in waar nodig.

Djef is pas afgestudeerd en sinds kort aan een baan begonnen bij Studio Fedde. De keukens in de drie appartementen zijn via dit bedrijf gerealiseerd. Bij de Boldiek is Djef de perfectionist die het totaal goed in de gaten houdt en is zeer geschikt voor zijn taak: de financiën en facturen.

Ivette zegde haar kantoorbaan op en nam de taken van moeder Ciska over. Zij is het aanspreekpunt en werkt fulltime bij de Boldiek. Zij en haar moeder bemensen de keuken en bij ruimtegebrek kan er altijd uitgeweken worden naar de keuken van Ciska in Zelhem, waar deze haar eigen bedrijf heeft. Alles wat uit hun keukens komt, wordt alom geprezen! Op maandagavond is er gezamenlijk overleg, de dinsdag is voor extra klusjes, zoals ramen doen en verzorgen van de bloemstukjes.

Djim heeft een opleiding loodgieter/elektromonteur gevolgd. Hij helpt mee op allerlei fronten.

Wensen voor de toekomst

Voorlopig willen ze gewoon lekker draaien en gezien de volle agenda lukt dat aardig! In de appartementen hebben al bruiloftsgasten overnacht en ook bedrijven die voor teambuilding komen, weten inmiddels de weg. De lange oprit mag nog verbeterd worden en de toiletten en terrassen aangepakt. Maar samen met de losse oproepkrachten vormen ze vooral een leuk, gezellig en jong team.

Privéleven Ruben en Ivette proberen ook tijd vrij te houden voor hun privéleven. Maar je proeft duidelijk dat zij de andere drie proberen te ontlasten. “Zij moeten ook van hun jeugd kunnen genieten zoals wij dat hebben kunnen doen!” “En als Ruben met vrienden naar het EK voetbal wil dan kan dat.” De vijf hebben veel voor elkaar over en dat stralen ze uit.


Schilderzusjes

Hanneke van de Velde

Afgelopen november hebben de zussen Sophie en Isabelle van Kooten de knoop doorgehakt en zijn ze hun bedrijf ‘Schilderzusjes’ gestart vanaf de Varsseveldseweg in Doetinchem. Isabelle met een achtergrond in de schilders- branche en Sophie met logopedie als voorgeschiedenis. Sindsdien hebben ze hun handen vol aan het geven van kleur- en interieuradvies op maat en het daadwerkelijk uitvoeren van het schilderwerk van de interieurs van hun klanten in de regio Achterhoek.

Het ontstaan van Schilderzusjes

Het enthousiasme spat er af als de schilderzusjes Isabelle en Sophie over hun bedrijf vertellen. Het begon er mee dat ze samen een kinderkamer aan het verven waren en daar echt gelukkig van werden. Beiden zaten ze net in een keuzemoment voor wat betreft hun werk. Toen was het idee van een eigen interieuradvies- en schildersbedrijf snel geboren en ook nog eens tot uitvoering gebracht. Ook de naam was er meteen. Om de reistijd binnen de perken te houden werd de Achterhoek het werkterrein. Met vertrouwen en support uit de naaste omgeving en een gedegen bedrijfsplan zijn ze aan de slag gegaan, want er moest echt wel voldoende zakelijk perspectief zitten in deze stap. Voor ieder zijn er toch wat specifieke taken in hun bedrijf. Hoewel ze uitwisselbaar zijn op alle vlakken, is Isabelle wat meer gericht op marketing en sociale media en Sophie wat meer op boekhouding en administratie.

Enthousiasme en vrijheid

Het fijne van het werk is dat het heel afwisselend werken is voor heel verschillende mensen met een diversiteit aan opdrachten. Wel verfraaien de Schilderzusjes altijd alleen het interieur door advies en schilderwerk. Buitenschilderwerk doen ze niet. Zij ervaren meer creativiteit in het interieur. Ze denken altijd in mogelijkheden en hoeven daarom ook eigenlijk nooit nee te verkopen richting een klant.

De vrijheid van het zelf ondernemen voelt ook goed. Als zussen zijn ze enorm goed op elkaar afgestemd en voelen ze elkaar feilloos aan, wat in het werk heel handig blijkt te zijn. Ze gaan ook eigenlijk altijd samen op pad. Dit doen ze dan met hun eigen ‘Schilderzusjesbus’. (zie foto)

Sophie en Isabelle hergebruiken zoveel mogelijk materialen en experimenteren o.a. met de toepassing van nieuwe soorten (duurzame) verf zoals bijvoorbeeld de lijnolieverf.

Echt adverteren doen ze nauwelijks; wel wat op sociale media en de belettering op de bus. Tot nog toe werkt mond-tot-mond reclame uitstekend. Ze krijgen veel waardering van klanten en die vertellen het weer door. Betere reclame is er niet.

Het is fysiek zwaar werk, maar het voelt niet als werk en ’s avonds is bij beiden het hoofd heerlijk leeg en opgeruimd. Een soort mindfulness, zo ervaren de zussen hun werk. Werk waar ze echt gelukkig van worden.

De toekomst

Een wens voor de toekomst is: wat meer de focus op een volledig interieuradvies. Dus ook een verlichtingsplan, raambekleding en vloerbedekking in het advies opnemen. Dat sluipt er stiekem toch al vaak in, want klanten vragen er steeds meer naar. Isabelle en Sophie hebben veel oog voor details en dat wordt opgemerkt. Het is bijna onvoorstelbaar wat ze het afgelopen jaar al aan ervaring hebben opgedaan in de diverse projecten.

Ben je nieuwsgierig geworden naar Schilderzusjes van Sophie en Isabelle en hoe hun werk er uitziet? Kijk dan eens op de website: https://schilderzusjes.nl


Wietse Rougoor, boer en ondernemer

Joop Helmink

In de gemoedelijke boerenkeuken aan de Pellendijk, aan de rand van de Slangenburg, zitten vader Theo en zoon Wietse Rougoor hun late ontbijt om 10.30 uur te nuttigen. De ochtendwerkzaamheden op de boerderij zijn klaar, dus er is wel even tijd om met jonge boer Wietse te praten over hoe hij op de boerderij van zijn ouders een steeds belangrijkere plaats innam. Dit leidde er uiteindelijk toe dat hij deelnemer werd in de vof, die is opgericht om de toekomst van het mooie familiebedrijf zeker te stellen.

Wietse

Wietse, 28 jaar, wil liever jonge boer genoemd worden in plaats van jonge ondernemer. “Dat past meer bij mij”, vertelt Wietse. 28 jaar jong treedt Wietse in de voetsporen van zijn vader en wordt medeverantwoordelijk voor het melkveebedrijf. Zijn opleiding in de agrarische sector begon in de wieg aan de Pellendijk. Vandaaruit groeide de passie om boer te zijn. Op het AOC in Doetinchem leerde hij dat hij een goede keuze had gemaakt, en samen met de praktische opleiding op het bedrijf thuis werd dat de basis voor zijn carrière als melkveehouder.

Deeltijdboer

Wietse runt samen met vader Theo de boerderij. Om een goed inkomen te kunnen realiseren, is het vanwege de schaalgrootte nodig om een deeltijdbaan erbij te hebben. Wietse werkt daarom twee dagen per week bij het bedrijf Silcom van zijn broer Sil, dat camerabewakingssystemen verkoopt en installeert, voornamelijk bij boerenbedrijven, waarmee het erf en de stallen kunnen worden bewaakt. Moeder Nicole is ook participant in de V.O.F. met daarnaast een baan buitenshuis, waardoor het financiële plaatje stabiel is met ieder zijn inbreng.

Nieuwbouw

Het melkveebedrijf omvat op dit moment ongeveer 75 melkkoeien en het nodige jongvee. In 2023 is een nieuwe ligboxenstal gebouwd waarin tot ongeveer 100 stuks melkvee kunnen worden gehouden. In de roerige, onzekere tijden waar de boerenstand onder te lijden heeft, is het opmerkelijk en moedig dat de familie Rougoor deze stap heeft genomen. “Wij zijn al sinds 2015 bezig om de nieuwbouw te realiseren”, vertelt Theo. “Alle regelgeving en voorwaarden waarmee je geconfronteerd wordt, hebben tijd nodig. We hebben de nieuwbouw gerealiseerd met een aannemer voor de ruwbouw; de afbouw met installaties hebben we voornamelijk zelf gedaan.” Wietse is de handige alleskunner die het meeste verstand van techniek heeft. Theo beheerde de werkzaamheden voor het melkveebedrijf in die periode.

Innovatieve installaties

Enthousiast wordt geïnvesteerd in installaties waarvoor soms de regelgeving nog moet worden vastgelegd. Een voorbeeld is de beluchtingsinstallatie die in de mestkelder is aangebracht, waardoor het rottingsproces van de mest vermindert en de ammoniakuitstoot sterk wordt gereduceerd. Alleen is de regelgeving nog niet zover dat het nut van deze installatie wordt erkend. De nieuwste ontwikkelingen met betrekking tot mest-, stikstof- en ammoniakreductie hebben deze vooruitstrevende ondernemers in de nieuwe stal al gerealiseerd. “De zogenaamde cowtoilet-faciliteit, waarbij de urine apart wordt opgeslagen los van de vaste mest, zodat weinig of geen ammoniak vrijkomt, hebben we gerealiseerd waardoor we vergunning hebben gekregen om te bouwen. Daarbij komt dat de mest en urine die wordt geproduceerd, rijker is aan mineralen en stikstof, zodat er minder kunstmest hoeft te  worden gebruikt”. Deze vooruitstrevende en positief ingestelde boeren hebben door de aanleg van deze installaties het volste vertrouwen dat het goed komt.

Twee koeien maken gebruik van het cowtoilet

Politiek

Wietse is ook met de trekker naar Den Haag geweest om de politiek duidelijk te maken dat het niet aan de orde is om de boerenstand te vernietigen. Hij heeft een duidelijke mening over wat er moet veranderen, maar de rekening kan niet alleen op het bordje van de boeren worden geschoven. Gelukkig ziet Wietse een omslag in het denken van de beleidsmakers die nu aan het roer staan. Hij hoopt dat ze het volhouden en een beleid kunnen neerzetten waar alle belanghebbende partijen van kunnen profiteren.

Natuur en duurzaamheid

“Wij boeren zijn bij uitstek bewakers van de natuur en gebaat bij biodiversiteit, maar we worden vaak neergezet alsof wij de oorzaak zijn van alle milieu-ellende. Zijn wij in Nederland gebaat bij halvering van het melkveehouders bestand? We moeten straks twintig miljoen mensen in Nederland van voedsel voorzien. Als dat voedsel uit het buitenland moet komen waar we geen invloed hebben op hoe het geproduceerd wordt, zijn we verder van huis.” Wietse is gepassioneerd aan het woord, aangevuld door vader Theo. De mannen zien de problemen maar zien ook oplossingen. Met hun nieuwe stal geven ze een voorbeeld hoe met liefde en vakmanschap voor hun mooie bedrijf een goede bijdrage kan worden geleverd om verantwoord boer te mogen zijn in Nederland.


Ties Werkplaatsdeal

Hanneke van de Velde

In de verte is de duidelijk beletterde bus van Werkplaatsdeal al zichtbaar, net als de jonge ondernemer achter dit vier jaar oude bedrijf in het buitengebied aan de Vloedweg in Zelhem. Al op jonge leeftijd had Ties Steintjes interesse in techniek, maar ook in het verkopen van dingen. Op zijn 17e jaar is Ties gestart met Werkplaatsdeal, een groothandel in ijzerwaren, bevestigingsmaterialen, smeermiddelen en reinigingsmiddelen. Hij is nu fulltime bezig dit bedrijf verder vorm te geven.

De start

De energie spat er af als Ties Steintjes over Werkplaatsdeal vertelt. Dan begrijp je ook meteen dat hij als vertegenwoordiger nieuwe klanten kan overtuigen voor zijn bedrijf te kiezen of bestaande klanten aan zich bindt. “Dat lukte de afgelopen vier jaar ook aardig”, vertelt Ties. Doorzettingsvermogen was hier wel heel belangrijk, want ‘koude’ acquisitie (zonder afspraak een bedrijf binnenlopen om zaken te doen) kent ook teleurstellingen.

Het motto van Ties is; “Een beller is sneller”

Nadat Ties zijn opleiding voor automonteur op zijn 17e had afgerond, is hij de techniek verder ingerold, richting verkoop. Na korte tijd ging hij zelf aan de slag. Hij is ‘de boer opgegaan’ om klanten te overtuigen dat ze voor hem en zijn bedrijf moesten kiezen. Dat ging goed. De bedrijven werden steeds groter en de orders ook. Zijn slogan is: “Gewoon goed.” Of het nu een grote of kleine klant is: ‘zeggen wat je doet en doen wat je zegt’ is heel belangrijk. Momenteel heeft hij ruim 100.000 artikelen in zijn assortiment en daar weet hij het fijne wel van, maar klanten weten vaak zelf ook wel wat ze moeten hebben.

In de ochtend tot een uur of elf is Ties druk met klanten en de handel. Daarna worden de orders verwerkt en uitgeleverd. Is het warm weer, dan geldt ook in zijn branche ‘Vrouwen bloot handel dood.’

Ties heeft wat ondersteuning op het gebied van techniek, media en uitleveren van pakketten. De verkoop ligt 100% bij hemzelf: Ties zelf is het gezicht achter het bedrijf. Met zijn overtuigingskracht en positieve houding: begrijpelijk dat dit resultaat heeft. Hij heeft een hoge ‘gunfactor.’ Maar hij weet ook waar hij het over heeft en komt zijn afspraken na. Een mooie combinatie.

Eerst stond Ties met Werkplaatsdeal bekend als ‘de jongste ondernemer.’  Nu, vier jaar later, is dat verschoven naar ‘de Achterhoekse Schroevenkoning.’ Hij geeft aan dat je het werk wel mooi moet vinden, want het gaat niet van zelf.

Veranderingen in de markt en de toekomst

De laatste jaren is het leveren van materiaal voor nieuwbouw wat onder druk komen te staan door het stagneren van deze bouw. Dan zie je dat de groei weer wat meer komt uit renovatie van bestaande woningen. Ook zijn levertijden soms wat langer en moeilijker in te schatten door allerlei zaken die spelen in de wereld.

Ties heeft de ambitie om verder te groeien. Hij ziet na een aantal jaren dat de reclame via-via toeneemt. Mensen beginnen hem te kennen en vertellen dat door. Dat werkt wat makkelijker dan de ‘koude acquisitie’ die hij meestal pleegt. Ook wil hij zijn computersysteem uitbreiden met diverse data en wat meer producten onder eigen naam. Onlangs heeft hij de cursus ‘Toekomstbestendig ondernemen en leiderschap’ behaald.

Mooi vond hij het laatst, toen een vriend in zijn Werkplaatdealbus reed en hij die zelf van een afstand zag rijden. Dat gaf een gevoel van trots: “Hé, dat is de mijne”.

Wil je meer weten over Ties en Werkplaatsdeal?

Kijk op www.werkplaatsdeal.nl


Kunst in de kijker

Annie Overveld, fotografe van de Slangenburgh-boode

Tekst en foto Anneke Zwager

Deze editie besteden we aandacht aan de fotograaf van de Slangenburgh-boode. Wie is toch de persoon achter die prachtige landschapsfoto’s in de Boode? Altijd staat ze achter de camera en buiten beeld. Vandaag zetten we haar in de schijnwerpers. Om daarachter te komen, ga ik op de fiets naar ’t Goor.

Daar, in haar ‘oldershuus’ woont Annie Overveld. Ze is er geboren en getogen, ging voor de school naar IJzevoorde en voor de kerk naar Gaanderen. Oma woonde in hetzelfde huis als haar ouders met hun vier kinderen, zoals zo lang gebruikelijk was in de Achterhoek. Toen zij trouwde, verhuisde Annie met haar man naar Zelhem en kon ze haar eigen leven opbouwen, met kinderen en werk. Dertig jaar geleden kwam ze terug naar Slangenburg. De deel (stal) van de boerderij werd verbouwd tot extra woonhuis. Nu woont zij ‘achter’ en het gezin van haar zoon woont ‘voor’.

Ze is altijd een Slangenburgse gebleven, zoals ze zelf zegt. En dat zal later blijken. Als we een stukje het bos in fietsen om foto’s te maken, ziet ze steeds weer dingen die veranderd zijn. “Kijk, het speenkruid bloeit nu! En het groot hoefblad.” Als Annie hier rondloopt, dan vertelt ze. Historische feiten, oude verhalen en nieuwe ontwikkelingen worden soepel afgewisseld met observaties van seizoenswisselingen, lichtval, composities en verrassende doorkijkjes. Ze kent het gebied op haar duimpje. En ze fotografeert, vaak, heel vaak, en veel. Bijna elke boom in Slangenburg heeft ze voor haar lens gehad. En elke keer ziet ze het anders; vanuit een andere hoek, met ander licht. Compositie, licht, kleur, focus en contrast zijn de belangrijkste beeldelementen waar Annie mee werkt.

Ze wandelt veel en waar ze ook is, die zware fototas gaat bijna altijd mee. Want je weet maar nooit. Het liefst gaat ze alleen op pad. Ze heeft de rust nodig om eigen plekjes te vinden en om alles in te stellen. Dat kost tijd en zo heeft ze er het meeste plezier in.

Ze fotografeert niet alleen in Slangenburg maar ook op vakantie en in monumentale steden. Bij buurtactiviteiten weten ze Annie ook te vinden voor een fotoreportage. Door de opdrachten van de Boode komt ze op plekken die ze tot haar verbazing niet kende. Of op plekken waar een nieuw en verrassend verhaal achter steekt. Zo leert ze altijd weer iets nieuws. En dat houdt het interessant.

Haar eerste camera kreeg ze toen ze zestien was, met een zwartwit-rolletje. De foto’s werden toen nog ontwikkeld door de fotograaf. Het begon met kiekjes van de kinderen en andere familieleden. Maar allengs kreeg ze steeds meer oog voor de omgeving. “Het is hier zo mooi en elke dag is het anders.“

Voorafgaand aan een reis naar IJsland, een land met overweldigende natuur, kreeg ze van haar man haar eerste spiegelreflexcamera. Tja, en daar zaten zoveel knopjes op dat ze besloot een cursus te volgen. Ze leerde niet alleen over de mogelijkheden van de camera en het digitaal bewerken van beelden, maar ook over verschillende manieren van kijken. En er volgden meer cursussen.  Naarmate ze er meer van weet krijgt ze er steeds meer plezier in.

Annie wil graag de natuur goed weergeven, zoals zij haar ziet in al haar schoonheid. En als dat lukt, dan is ze tevreden.


Wandelcamping ‘Pluk de dag’

Hanneke van de Velde

Je voelt je meteen welkom als je het terrein van wandelcamping ‘Pluk de dag’ op komt rijden. De voormalige camping ‘De Slangenburg’ heeft een ware metamorfose ondergaan. Het resultaat mag er zijn. Een uitnodigende recreatieruimte trekt meteen de aandacht en in de ruime receptieruimte is bovendien nog een winkel met wandelaccessoires te vinden. Sinds november vorig jaar zijn Dennie en Monica van Herwijnen met hun twee dochters Eva en Julia hiermee enthousiast aan de slag gegaan. Wandelaars, maar ook fietsers zijn de doelgroepen waarop ze zich richten. Ook zijn ze vraagbaak voor gasten met wandelproblemen.

Buurtmaken en noaberschap

Zowel Dennie als Monica komen uit een ondernemersfamilie. Hun laatste zaak was in het centrum van Zoetermeer gevestigd, een wandelspeciaalzaak. Om in te burgeren hebben ze meteen al ‘buurt gemaakt’. Nu al ondervinden ze het in de Achterhoek gebruikelijke noaberschap, iets wat ze indertijd ook ondervonden tussen de ondernemers in Zoetermeer. Ook Eva en Julia hebben hun weg in de Achterhoek al aardig gevonden.

Een echte wandelcamping

De eerste gasten hebben inmiddels de weg naar de camping weten te vinden; nieuwe mensen en voormalige gasten van camping de Slangenburg. Het betreft hier voornamelijk wandelaars die de omgeving komen verkennen of lopers van het Pieterpad. Wandelcamping ‘Pluk de dag’ is namelijk ook een officiële Pieterpad® Pleisterplaats. Dennie en Monica zijn heel duidelijk in de profilering van ‘Pluk de dag’ en op hun website sorteren ze daar al op voor: de camping is voor wandelaars en fietsers die een kleinschalige natuurcamping zoeken en dus niet voor (feest-)partijen en grote groepen. Ze zijn daarom ook aangesloten bij Natuurkampeerterreinen. En alles op de camping gaat gemoedelijk en gebeurt op basis van vertrouwen. Dus in het sfeervolle horecahuisje voor de gasten mogen de gasten zichzelf bedienen.

Oplossingen veelvoorkomende wandelproblemen

Op de camping geven Dennie en Monica persoonlijk advies bij allerhande wandelvragen. Daarnaast is hiervoor ook een webshop ontwikkeld ‘Wandeldrogist’, die binnenkort ‘live’ gaat. Hier vind je oplossingen voor veel voorkomende wandelproblemen in de vorm van een kennisbank en diverse uitgelezen producten. Vanuit hun vorige bedrijf hebben ze daar ruime ervaring in. Er wordt ook samenwerking gezocht met ondernemingen uit de buurt op wandelgebied, zoals diverse wandelschoenspeciaalzaken.

In de winkel allerlei wandelaccessoires

Plannen voor de toekomst

Voorlopig zijn Dennie en Monica druk met het verder vervolmaken van wat er nu is en met hun website Wandeldrogist. En natuurlijk met het hartelijk verwelkomen van hun gasten het aankomend kampeerseizoen.

Een plafond in de sfeervolle recreatie ruimte is volgehangen met wandelschoenen.

Voor meer informatie kijk eens op:www.campingplukdedag.nl of www.wandeldrogist.nl


Kunst in de kijker

Maya Lenselink, edelsmid   

Anneke Zwager

Aan een zandweg op ’t Goor woont Maya Lenselink met haar gezin. In de schuur achter het huis heeft zij haar atelier ingericht met werktafels, machines en allerlei fijn gereedschap. Vanuit haar raam kijkt ze uit over het terrein met de tuin, het terras en de groentekas. En vlakbij zijn de bossen van de Slangenburg. Het is er rustig en groen. In deze omgeving doet Maya inspiratie op voor haar werk als edelsmid. Ze gebruikt alles wat kan leiden tot een mooi sieraad als idee. Vaak zijn dat structuren, van takken, grassen of mossen. Die structuren zie je terug op een ring of een armband. Ook vormen kunnen een uitgangspunt zijn, bijvoorbeeld de vorm van een gewei van een reebok. De sfeer van de omgeving speelt een belangrijke rol.

Maya was als kind altijd bezig met knutselen en dingen maken met haar handen. Toen ze eens een artikel las over een edelsmid sloeg de vonk over. Dit was wat zij wilde! In de Gruitpoort in Doetinchem volgde ze jarenlang cursussen, eerst bij Coen Mulder en jaren later nog eens bij Hans Rietman uit Zelhem. In deze cursussen werd de basis gelegd voor haar vakmanschap. Ze leerde er het materiaal te smelten, te vormen, te schuren en te slijpen. Door te lezen in vakliteratuur en te zoeken op internet, kreeg ze veel ideeën. En door veel te doen, kreeg ze almaar meer vaardigheden in de vingers. Met proberen en experimenteren heeft ze haar eigen stijl gevonden: organisch en natuurlijk. Een kijkje in haar vitrinekast leert dat ze zich heeft toegelegd op sieraden: ringen, armbanden, kettingen en oorbellen. En bij elk sieraad kan ze een verhaal vertellen.

Jarenlang werkte Maya met veel plezier in de kinderopvang in Zelhem. Pas toen haar eigen kinderen ouder werden en de kinderopvanglocatie werd opgeheven maakte ze acht jaar geleden de overstap naar het edelsmeden. Nu weten steeds meer klanten haar te vinden voor een sieraad al of niet in opdracht gemaakt.

Maya werkt met verschillende materialen. Het liefst werkt zij met zilver; het is zacht materiaal en goed te bewerken tot natuurlijke en golvende vormen. De witte glans geeft een mooie weerkaatsing van het licht. En het is goed te combineren met edelstenen als saffier, toermalijn en aquamarijn. Het is het licht, de gelaagdheid en de kleur van de edelstenen die aanknopingspunten bieden voor verdere verwerking.

Soms wijst het materiaal zelf de weg, een andere keer is het puzzelen om er iets moois van te maken. Ze werkt nooit naar voorbeelden, ze creëert tijdens het werken. En natuurlijk zijn er dan momenten dat het niet wordt wat ze voor ogen had. Tja, en dan is het opnieuw beginnen. Ook dat hoort bij het kunstenaarschap.

Het zilversmeden vereist rust, concentratie en tijd. Ze moet een aantal uren achter elkaar kunnen werken om “in de flow” te komen. Maya is veel middagen in haar atelier te vinden. Ze voelt zich een gezegend mens dat ze dit mag doen. En als klanten blij zijn met een sieraad is dat de kroon op haar werk.

Maya aan het werk in haar atelier


Fietsenmaker Westendorp

Toos Lenderink

Richard Klein Willink vertelt dat hij als 7-jarig jochie samen met zijn opa van Varsseveld naar Slangenburg fietste, over de Varsseveldseweg (er lag toen nog geen fietspad) naar de begraafplaats bij het kasteel. Opa deed het onderhoud op de begraafplaats van de Passmanns. De zware hekken rondom met grote kettingen en de poort die Richard met een grote sleutel mocht openmaken hebben destijds een onuitwisbare indruk op hem gemaakt. Nu, ruim 53 jaar later, hangt er nog een schilderij van kasteel Slangenburg bij hem in de fietsenwinkel en ook de fiets die destijds door opa werd gebruikt, tovert hij tevoorschijn. Het tekent Richard. Hij is dankbaar voor de mooie herinneringen aan zijn opa en ouders en gooit niet iets weg als het nog van pas kan komen.

Zijn vader werkte eerst bij garage Hofs in Varsseveld. Later ging hij wonen en werken bij Toon Wisselink in Westendorp. Die had een taxibedrijf en benzinepomp, verkocht speelgoed en van alles en nog wat. Ze werkten een paar jaar samen, waarna zijn ouders de zaak overnamen en verder gingen met onder andere een Gulf benzinepomp, fietsen en bromfietsen. Richard groeide hiermee op en zag zijn ouders zeven dagen per week, lange werkdagen maken. Toch koos hij ook zelf deze kant en ging na de technische school naar Arnhem voor de vervolgopleiding fietsenmaker. In de avonduren haalde hij bij de streekschool daarna nog vakbekwaamheden voor auto- en motormonteur. Al jong vormde hij samen met zijn ouders een vennootschap (vof) en dat ging heel fijn samen. Jammer genoeg werd zijn moeder ziek en overleed al op 63-jarige leeftijd. Hierna moest Richard keuzes maken, want alles aanhouden zoals het was, kon niet meer. Hij hield aan waar hij zich goed bij voelde en dat was de tweewieler.

“Iemand een nieuwe fiets verkopen dat kan iedereen. Maar goede service verlenen en mensen op een eerlijke en goede manier helpen, dat is zoals ik het wil. En het hoeft niet meer of groter. Goed is goed”. Toch werd het in de corona-periode zo druk dat Richard lichamelijk klachten kreeg en gedwongen werd zijn werkzaamheden anders in te delen. Nu heeft hij de zaak bewust twee dagen in de week dicht, zodat hij dan ongestoord kan sleutelen en dat is ook het liefste wat hij doet.

Hilda, met wie hij al veertig jaar samen is, is de vliegende keep. Ze gaat mee naar shows om accessoires en bijvoorbeeld fietshelmen uit te zoeken die qua kleur en stijl passen bij de fiets. Ze noteert de wensen van de klant en heeft tijd voor een praatje, zodat Richard rustig door kan werken. De klanten zijn trouw en komen vanuit uit de wijde regio rondom Westendorp. Collega-fietsenmakers helpen elkaar over en weer, bijvoorbeeld als een onderdeel moeilijk verkrijgbaar is.

Richard kan alle soorten fietsen repareren en niet alleen de “biologische fietsen” zoals hij de niet-elektrische fietsen noemt. Cursussen voor de nieuwste snufjes en uitleesapparatuur volgt hij indien dit zinvol is. Een storing is vaak steeds weer anders en dat moet je zelf oplossen. En daar heeft deze vakman geen moeite mee, die zelf ook graag in zijn vrije tijd door Slangenburg fietst. Hij wenst alle lezers een goed en gezond jaar met veel fietsplezier!

Met de oude fiets van opa voor het schilderij van kasteel Slangenburg

Fietsen zit in deze familie in het bloed. Hendrik Stoltenborg, de opa van Richard Klein Willink, werd in de jaren 70 gehuldigd na veertig jaar trouwe dienst bij Vinkenborg, Doetinchem


Biobased bouwen in de Slangenburg

Carel de Vries

Misschien heeft u het al zien staan in de omgeving en vroeg u zich af: ”Wat is dat nu voor gewas?” Hennep heeft dit jaar haar intrede gedaan in de Achterhoek. Maakt u zich geen zorgen, het is geen illegale wietteelt, maar vezelhennep, bedoeld voor de productie van biobased bouwmateriaal. Aan het begin van de Turfweg, vlakbij Doetinchem, staat een perceel en ook op het bedrijf van voorheen maatschap Heuthorst aan de Varsseveldseweg staat een perceel hennep. Dat laatste perceel is van Kars Visser van boerderij Lomansheide in IJzevoorde, waarover u in de vorige Slangenburgh-boode hebt kunnen lezen. Kars teelt die hennep voor Chris en Jolande van Bokhorst die aan de Brunsveldweg hun retraitecentrum The Place to Be ontwikkelen. Op dit bedrijf staat nog een oude ligboxenstal. “Die willen we afbreken en ervoor in de plaats willen we een circulair gastenverblijf neerzetten”, vertelt Chris. Biobased bouwen is volgens hem de toekomst. “De klimaatproblemen en de problemen met grondstoffen maken het alleen maar actueler. De productie van staal, beton en bakstenen, het transport en later de sloop vergen enorm veel energie en veroorzaken een forse CO2-uitstoot. Wij willen een gebouw neerzetten met producten die hier in de omgeving zijn geteeld. Daarmee leggen we koolstof langdurig vast, wat zo’n gebouw klimaatpositief kan maken. Het zal grotendeels een modulair gebouw worden, zodat het makkelijk af te breken is en de bouwelementen elders weer hergebruikt kunnen worden. De materialen die bij sloop over blijven kunnen uiteindelijk weer terug naar het land”.

Chris en Jolande met hun dochters Amélie, Julia en Anna-Roos 

Het plan van Chris en Jolande is onderdeel van een veel groter Achterhoek-breed project dat is gestart door woningcorporatie Wonion in Ulft: Samen Biobased Bouwen in de Achterhoek. In dat project werken agrariërs, de maakindustrie, bouwondernemingen en overheden samen aan de ontwikkeling van duurzaam circulair bouwen. “Ons gebouw moet een inspiratieproject worden”, zegt Chris. “We gaan het komende jaar het ontwerp maken en hopen najaar 2024 de bouw aan te besteden. Bij die ontwerpfase betrekken we ook studenten van de afstudeerrichting ‘Circulaire economie’ van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen”.

Het gebouw zal uit drie compartimenten bestaan en wordt 350 m2. Als bouwmateriaal wordt naast hennep, stro en hout, wellicht ook vlas gebruikt. Ook hergebruik van geschikte materialen die vrijkomen bij sloop van gebouwen behoort tot de mogelijkheden. Chris is ook op zoek naar de ontwikkeling van lokale kleuren. “Welke gewassen kunnen we hier in de omgeving telen om kleurstoffen mee te maken? Meekrap bijvoorbeeld? Daarvan maakte men vroeger rode verfstoffen. De lijnzaadolie uit vlas kan daarbij ook worden benut”.

Hennep lijkt als nieuw bouwmateriaal hoge ogen te gooien. De teelt is makkelijk. Als je een goed, een niet te nat zaaibed hebt, kan het eigenlijk niet mis gaan. De hennep heeft geen kunstmest en geen bestrijdingsmiddelen nodig. Een beetje organische mest is genoeg. Het gewas groeit zo hard dat onkruid geen kans krijgt. Wel zijn er aangepaste machines nodig voor het zaaien en oogsten van het gewas. Het gewas moet, net als vlas, na het maaien twee weken op het land blijven liggen om te ‘roten’, waarbij de vezel los kan komen van de harde houtige kern van de stengels. Van de vezels wordt isolatiemateriaal gemaakt, te vergelijken met steenwol. De houtige kern kan gebruikt worden als ingrediënt van een alternatief voor beton of voor plaatmateriaal.

Bijkomend voordeel voor de boer is dat hennep diep wortelt, en daarmee de bodemstructuur verbetert en organische stof in de bouwvoor achterlaat. Ook zijn de toppen van de planten, die niet geschikt zijn als bouwmateriaal, goed veevoer voor de koeien. Toepassing daarvan is helaas nog niet toegestaan. Maar vanuit de Achterhoek is in Den Haag al aangekaart dat dat veranderen moet. Want daarmee zou de teelt voor de veeboer nog interessanter worden. Al met al lijkt hennep als ‘tussengewas’ op akkerbouwbedrijven en op veebedrijven perspectief te bieden.

Circulair bouwen heeft de toekomst. Wanneer steeds meer bouwondernemingen en ondernemers als Chris circulair gaan bouwen zullen we de komende jaren meer hennep gaan zien op en rond de Slangenburg. En wanneer u denkt: ‘daar kan ik mooi wat materiaal uit plukken voor een jointje in het weekend’, dan komt u bedrogen uit. De THC-gehalten in vezelhennep zijn zo laag, dat schiet niet op. Van een lokaal biertje heeft u dan meer plezier.


175 jaar Haank in de Slangenburg

Joop Helmink

Landbouwmechanisatiebedrijf Haank bestaat 175 jaar. Het bedrijf is begonnen als smederij, gespecialiseerd in hoefbeslag voor paarden in de omgeving. Willem Hendriksen, voormalig directeur en vader van de huidige CEO, Loes Hendriksen, vertelt dat deze activiteit is gestart uit het boerenbedrijf van de familie Haank in de oude, verlaten school aan de Kommendijk tegenover de boerderij. 175 jaar geleden zag de wereld er heel anders uit voor het nu jubilerende bedrijf. Hoefsmeden en karrad-hoepels waren de core business. Nu is Haank een bekend, gerespecteerd mechanisatiebedrijf en een toonaangevende speler in de regionale landbouw business

De goeie ouwe tijd

Willem heeft prachtige verhalen uit de ‘goeie ouwe tijd’. Als die anekdotes  over tafel gaan, wordt duidelijk wat een cultuurschok de agrarische wereld heeft doorstaan in die 175 jaar.

Hendrikus Haank, de eerste smid, was gespecialiseerd in het smeden van hoepels voor karraden: een precies werkje want het ijzer moest zodanig krimpen om het houten karrad dat het niet te ruim zat en van het rad afliep. Generaties Haank hebben op deze manier het bedrijf gevoerd. Uitbreiding van hun activiteiten werd niet geschuwd met hoefsmeden,  paarden beslaan en smeden van gereedschap, hekwerk en ander klein smeedwerk voor het boerenbedrijf. Alles werd aangepakt.

In de jaren dertig tot ver na de oorlog ontwikkelde Haank zich meer tot een mechanisatiebedrijf en richtte zich op landbouwwerktuigen want de modernisering van het boerenbedrijf kwam op gang. Het ouderwetse smeedwerk bleef nog lang nodig. De gebroeders Haank gaven op de landbouwschool lang les in hoef smeden en paarden beslaan.

Na 125 jaar, Hendriksen aan het stuur

De huidige generatie agrariërs zal vooral de familie Hendriksen als het gezicht van Haank kennen. Haank volgde de enorme vooruitgang, de schaalvergroting en technische ontwikkelingen die de agrarische sector heeft doorgemaakt en werd in onze contreien een begrip. Willem Hendriksen kwam in 1971 in dienst van de gebroeders Haank als vertegenwoordiger. De gebroeders Haank hadden een slechte ervaring achter de rug met een verkoper. Willem kon in dienst komen voor 75 gulden per week vast loon, geen auto van de zaak en kilometervergoeding, daar deden ze niet aan. 25% van de winst kon hij extra verdienen. “Nou dan wil je wel”, aldus Willem. In 1975 heeft hij het bedrijf overgenomen,  en runt het nu al meer dan vijftig jaar. Hij heeft het tot grote bloei gebracht.

Landbouwmechanisatie

Toen de landbouwmechanisatie zijn intrede deed, is Willem hier direct op ingesprongen en heeft de mogelijkheden aangepakt om dealerschappen te bemachtigen, die nu nog steeds vertegenwoordigd worden. Het bekende trekkermerk Deutz-Fahr, de Joskin mengmesttanken en bemesters, Vicon kunstmeststrooiers en kuilvoersnijders, werden het handelsmerk van Haank.
Het importeurschap van KRONE werktuigen, met machines als schijvenmaaiers zelfrijdend Krone Big M, cirkelschudders tot 20 meter, cirkelharken tot 20 meter, opraapwagens, ronde balen- en vierkante pakkenpersen maken het assortiment groot. Voor de kenners zijn dit bekende items. De huidige innovatie van producten en productie waar de agrarische sector mee bezig is, zou wel eens een deel van de oplossing kunnen zijn voor de uitdagingen die op dit moment actueel zijn. Haank kan daar een belangrijke rol in spelen met zijn ervaring en kunde, aldus Loes Hendriksen, de huidige directeur-eigenaar.

Landbouwmechanisatiebedrijf Haank heeft door de jaren heen een belangrijke bijdrage geleverd aan de agrarische sector. Ze hebben boeren voorzien van hoogwaardige machines en apparatuur, waardoor de efficiëntie en productiviteit op boerderijen is verbeterd. Hun toewijding aan uitmuntendheid en klanttevredenheid heeft Haank de reputatie opgeleverd van een betrouwbare partner in de landbouwsector.

Loes, Dirk, Bas, Janny, Willem

Tweede generatie Hendriksen

Loes Hendriksen heeft haar vader opgevolgd in 2021. De liefde en de kennis voor het vak en de onderneming is haar met de paplepel ingegeven. Loes heeft een duidelijke visie over de toekomst. Het bedrijf en de landbouwmechanisatie met al zijn facetten blijft voor Haank de spil waarom het draait en waarin Haank nog decennialang een taak heeft. Het boerenbedrijf zal veranderen; de jonge generatie boeren is zich bewust van de verantwoording en ze vechten voor hun bestaan en erkenning van hun vakmanschap. Loes ziet dat om zich heen en ziet het bedrijf gedreven en vol vertrouwen samen met haar klanten naar het volgende jubileum 200 jaar gaan! De kennis en kunde van vader Willem en moeder Janny zijn hiervoor van onschatbare waarde.

Nieuwe ontwikkelingen

De showroom is uitgebreid met een ‘Kramp-shop’, wat inhoudt dat hier diverse kleding & schoeisel, erf- en stalgereedschap, tuin- en park gereedschap en afrasteringsmateriaal verkrijgbaar zijn. Tevens is er een uitgebreid pakket van bos-, tuin- en parkgereedschap van Husqvarna.


Leerbedrijf

Loes heeft er geen problemen mee om haar vakbekwame team op sterkte te houden. De ervaren, trouwe medewerkers worden regelmatig aangevuld met stagiaires van de vakopleiding. Regelmatig komen er studenten bij Haank na hun stageperiode in vaste dienst omdat het bedrijf aan alle tegenwoordig gestelde eisen van de moderne tijd voldoet. Het sleutelen is een belangrijke bijzaak geworden, zonder  IT-kennis krijg je de nieuwste trekker niet aan het rijden en daar is de opleiding voor deze studenten ook zeer op gericht De uitgebreide hoogwaardige werkplaats, waar met de modernste machines milieuvriendelijk wordt gewerkt is tegenwoordig een must.

Paasshow
De jaarlijkse Paasshow was dit jaar bijzonder feestelijk, niet alleen omdat het bedrijf zijn 175-jarig jubileum vierde, maar ook omdat er drie jaar geen show was geweest door Corona. De Buurt heeft haar Noaberschap laten gelden en een paar gezellige uren doorgemaakt met het groen maken en een ereboog geplaatst en daarbij de beste wensen uitgesproken. De open dagen kenmerken zich als een feestelijke en gemoedelijk reünie en een ontmoetingsplaats voor iedereen uit de landbouwsector. Boeren en loonwerkers, vaders met zonen en opa’s met hun kleinzonen vergapen zich aan de nieuwste trekkers en ander imposant werktuig. De kleine mannen mogen alvast in de trekker plaatsnemen om te proeven wat voor enorme gevaartes het zijn. Stoere verhalen en ervaringen worden ‘gemudelijk’ onder het genot van een taartje met een pilsje uitgewisseld. Voor de boerenstand is de Paasshow elk jaar een mooi verzetje.